De meerwaarde van LOB en het loopbaandossier.
Loopbaanontwikkeling- en begeleiding (LOB) is een hot-topic binnen het onderwijs. Er is vanuit het ministerie veel aandacht voor het begeleiden van leerlingen naar het vervolgonderwijs (Warps et al., 2021), het vasthouden van studentenaantallen, het herinrichten van het vmbo (Stichting Platforms VMBO, 2022), het doorstroomrecht (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 2020) en het terugdringen van vroegtijdig schoolverlaten. Toch leeft LOB niet op iedere school evenveel. Soms is het voor leerlingen in het examenjaar vooral een ‘moetje’, helemaal als zij al ingeschreven staan op de vervolgstudie of al weten wat ze willen.
Op steeds meer vo-scholen gewerkt wordt met de term ‘ontwikkeling’ in plaats van ‘oriëntatie’ zoals LOB van oudsher vaak wordt uitgelegd. Ontwikkeling impliceert namelijk het opdoen van vaardigheden die niet stoppen bij het verlaten van de school of het maken van een keuze. Anders dan bij oriëntatie gaat het over meer dan het maken van een keuze voor profiel of studie, het gaat om het monitoren van persoonlijke ontwikkeling die een leerling weer in kan zetten tijdens een matchingsgesprek, het hospiteren, solliciteren naar een leerwerkplek of het bijsturen van de loopbaan als de studie toch blijkt tegen te vallen (Wapnick, 2017).
Omdat deze benadering een andere manier van werken vraagt, niet meer alleen als begeleider van een keuzeproces of als didacticus die een vak geeft, is er een andere dynamiek rondom LOB nodig. Een dynamiek waarin de decanen als cultuurdragers, vernieuwers en ontwikkelaars het team mee moeten zien te krijgen in een andere manier van werken (Van Stralen, 2018). Een manier waarbij LOB zich niet alleen binnen de school afspeelt, maar als verbinding dient tussen het onderwijs en de wereld daarbuiten.
Perspectieven op loopbaanleren – De passant in de loopbaan
Tijdens zijn presentatie over de rol van het examen in het onderwijs beschreef Van Asselt de loopbaan van de leerling als drijvende kracht achter het onderwijs.
School is niets meer dan een passant in de loopbaan van de leerling (Van Asselt, 2007).
Dat wil zeggen dat de loopbaan van de leerling en de begeleiding die hierbij geboden dient te worden, niet voorbehouden is aan het voortgezet onderwijs. Toch ligt daar in de huidige wetgeving het zwaartepunt (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 2021; Rijksoverheid, 2018).
Uit de praktijk blijkt dat op het primair onderwijs er vooral aandacht is voor het uitstroomniveau, maar dat loopbaanontwikkeling niet als kerndoel of thema duidelijk terugkomt (SLO, 2021). Ook op het MBO geldt dat loopbaanontwikkeling wel onderdeel is van het kwalificatiedossier, maar dat de wettelijk inhoudelijke beschrijving niet meer diepgang kent dan in het VO (Expertisepunt LOB, 2022). In het HBO en WO dient loopbaanontwikkeling vooral ter voorkoming van uitval en switchgedrag (ResearchNed, 2013).
Op het MBO noemt men dit vroegtijdig schoolverlaten (VSV) (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 2022). Studenten op het HBO en WO hebben een startkwalificatie en worden als zodanig niet in de cijfers en maatregelen omtrent het terugdringen van VSV meegenomen. Wel wordt er op het HBO en WO matchingsgesprekken gevoerd om de aankomend student advies te geven over het beeld van -en de geschiktheid voor- de opleiding (Studiekeuze123, z.d.). Studenten en scholieren geven in het onderzoek van Youngworks (2020) aan dat LOB vaak los zand is. Te weinig verbinding met de praktijk, te weinig tijd voor zinvolle reflectie en onvoldoende nut en perspectief blijken hieraan ten grondslag te liggen. Het onderwijs zou dus beter en inhoudelijker met loopbaanontwikkeling bezig kunnen zijn en deze ontwikkeling beter moeten begeleiden.
Loopbaanontwikkeling staat heel dicht bij persoonsvorming. Het past daarom op een laagdrempelige wijze prima in het primair onderwijs. De loopbaancompetenties beschrijven dimensies als motieven-en kwaliteitenreflectie die aansluiten bij onder andere Positive Behavior Support, Kanjertraining, levensbeschouwelijke vorming en de kerndoelen rondom Mens en samenleving (SLO, 2021; Van Overveld, 2017). Ook de werkexploratie komt op de basisschool vaak aan de orde in de vorm van projecten over beroepen, bezoeken van ouders die vertellen over hun werk, geschiedenislessen en schoolreisjes. Met zaken als een ‘Grej of the Day’ is LOB te koppelen aan beroemde voorbeelden waarbij leerlingen zicht krijgen op hun mogelijkheden en keuzes (Hermansson, z.d.). Kortom, leerlingen werken al aan hun loopbaancompetenties, ze zijn alleen niet expliciet vermeld en geborgd voor het vervolgonderwijs. Door deze kennis op het voortgezet onderwijs mee te nemen in een warme overdracht, kan LOB vanaf de brugklas vorm krijgen en zo beter gedragen worden in het onderwijs (Den Boer & Hoeve, 2017). In combinatie met een loopbaanplan, loopbaandossier, portfolio of een ander borgingsinstrument op het VO, komt de loopbaan van de leerling tot leven. Er ontstaat een heldere lijn met interesses, persoonlijke ontwikkeling, het opgedane netwerk om zo richting de werkexploratie langzaam richting een zelfgemaakte, bewuste keuze te bewegen. Op het vervolgonderwijs zou dan, anders dan nu in de wet beschreven staat, ruimte moeten zijn voor individuele ontwikkeling die start waar eerder onderwijs is opgehouden. En dus niet alleen het aftikken van de vijf door het ministerie omschreven loopbaancompetenties moeten omvatten. Door leerlingen hun loopbaanverhaal, zelf te laten optekenen, ontstaat er begrip, motivatie en eigenaarschap (Bennet, 2022; Dehaene, 2021).
Kuijpers in perspectief
De loopbaancompetenties zoals deze in de wet zijn opgenomen, worden toegeschreven aan Marinka Kuijpers. Zij heeft met collega onderzoekers een set competenties ontwikkelt die bijdragen aan een gezonde loopbaan die flexibel genoeg is om een leven lang leren te ondersteunen (Meijers et al., 2006). Die loopbaancompetenties vinden hun oorsprong in het bedrijfsleven (Kuijpers, 2005). Nu de competenties gemeengoed zijn, ontbreekt het aan actueel onderzoek waarin deze competenties getoetst worden en vergeleken met bijvoorbeeld de Gatsby indicatoren zoals gebruikt in het Verenigd Koninkrijk (Hooley & Andrews, 2018). Er zijn talloze onderzoeken die uiteenzetten dat deze loopbaancompetenties bijdragen aan een verbetering van LOB, maar er is (nog) niet onomstotelijk vastgesteld dat deze vijf haalbaar zijn binnen het voortzet onderwijs (Korpershoek et al., 2022).
Zo stelt Jolles (2017) dat het tienerbrein nog niet rijp is om consequenties van langetermijnkeuzes te overzien. Crohe (2018) onderschrijft dit proces vanuit de neuropsychologie. Daarbij komt dat de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt elkaar in dusdanig tempo opvolgen, dat het maar de vraag is of mentoren, loopbaanbegeleiders en praktijkopleiders een gedegen schets van de toekomst kunnen maken.
Het bijsturen van de loopbaan in kleine stapjes, waarbij ervaring belangrijker is dan reflectie, zou dan ook het doel moeten zijn (Mooijman et al., 2018).
Luken (2019) stelt zelfs dat reflectie niet bijdraagt aan betere loopbaankeuzes, maar dat tijd, acceptatie en vasthoudendheid centraal moeten staan in een LOB-traject. Luken stelt dat leerlingen wellicht niet eens over voldoende metacognitie beschikken om effectief terug te kunnen kijken op hun handelen, om daar vervolgens hun volgende loopbaanstap op te baseren.
Loopbaangesprekken
De loopbaancompetenties gekoppeld aan een verhalend gespreksmodel
Zoals beschreven in de kanttekening aan de loopbaancompetenties hierboven, is het van belang de loopbaancompetenties goed te begeleiden. Een uitgelezen moment hiervoor is het loopbaangesprek. Het loopbaanreflectiemodel van Kuijpers (2005) gaat uit van een lemniscaat. Het gesprek begint met terugkijken en reflecteren en vervolgt zijn weg naar vooruitkijken en activeren, waarbij de cyclus een volgend gesprek herhaald wordt. Deze lemniscaat werkt bij individuele begeleiding, waarbij de gecoachte uit eigen motivatie begeleiding zoekt, over het algemeen prima. Het is echter niet altijd praktisch in te passen in een schooljaar, waarbij de intrinsieke motivatie voor LOB niet evident in iedere leerling aanwezig is (Didau & Rose, 2021).
Op een aantal vo-scholen is daarom gekozen voor een narratieve benadering van het loopbaangesprek. Hierbij staat de piramide van Freytag centraal (Bunting, 2021). Freytag beschreef een model voor het vertellen van verhalen, waarbij ieder verhaal dezelfde vijf fases doorloopt. Ieder verhaal heeft een introductie, een opbouw, een climax, een afbouw en een slot (Freytag, 1894). In ieder schooljaar is eenzelfde opbouw te herkennen. Het gesprek staat dan ook stil bij de fase waarin de leerling zich bevindt, de rol van de leerling en zijn of haar ‘medespelers’ de climax die op het pad ligt, de kennis die nodig is om die climax het hoofd te bieden en de reflectie op deze kennis en ervaringen.
Het loopbaandossier als gespreksinstrument
Om deel te kunnen nemen aan dit gesprek, bouwt de leerling een loopbaandossier op. Naast dat het loopbaandossier in het vmbo een wettelijk vereiste is, geeft het de leerlingen houvast bij het voorbereiden van het gesprek en de diverse loopbaanactiviteiten die op hun pad komen. De vulling van het loopbaandossier vindt plaats gedurende de gehele schoolloopbaan en is een combinatie van onderwijsactiviteiten, hobby’s, werk, (maatschappelijke) stage en sport. Het loopbaandossier geeft in die hoedanigheid weer inspiratie voor het Plusdocument (VO-raad, 2018). Met een LOB-oplossing zoals De Wereld Van LOB die aansluit bij het narratief werken, kijkt de leerling naar helden, voorbeelden uit films, videogames en literatuur, om vervolgens steeds dichter bij zichzelf te komen (Savickas, 2019). Dit zorgt voor fascinatie bij de begeleiders, wat weer bijdraagt aan de betrokkenheid in het loopbaangesprek (ScienceGuide, 2013).
Zelfsturing in de praktijk
Vanuit het loopbaandossier voert de leerling zelf de regie over het leerplangesprek (Hoogendijk, 2019). Dit kan door de leerling een presentatie te laten maken over het welzijn, welbevinden, resultaten en het punt in de loopbaanontwikkeling op dit moment. De leerling vertelt, stelt vragen en leerdoelen voor de volgende onderwijsperiode en stippelt een plan uit. Bijzonder aan deze werkwijze is dat ouders aanwezig zijn bij dit gesprek. De leerling presenteert dus aan ouders en de mentor (Maréchal & Spijkerboer, 2017). Waar nodig is de decaan of zorg coördinator aanwezig. Tijdens het gesprek is er gelegenheid tot vragen en krijgt ouderbetrokkenheid vorm. Ouders delen bijvoorbeeld hun netwerk of eigen loopbaanervaring of voorzien hun kind van (h)erkenning bij kwaliteiten en ontdekkingen. Ook ontvangt de leerling feedback op de presentatie vanuit de mentor. Door deze werkwijze bekrachtigt school het zelfbeeld, maar geeft ook inzicht mee dat een schoolkeuze geen einddoel is. Door de loopbaan breed aan te vliegen, herkent de leerling kansen en ontwikkelmogelijkheden in verschillende contexten. Dat kan een hobby zijn, contact binnen de familie, een bijzondere interesse of een iemand uit het netwerk van ouders.
Waarom is het loopbaandossier belangrijk?
Specifiek loopbaanleren van leerlingen
De warme overdracht
Met het loopbaandossier onderbouwd de leerling zijn passende vervolgkeuze. In het gesprek met de mentor, vormt het dossier de rode draad. Het loopbaandossier is voor de meeste leerlingen voldoende in de overdracht naar het vervolgonderwijs. Toch zijn er leerlingen waarin de overstap naar vervolgonderwijs minder vanzelfsprekend is. In dat geval komt er een supplement op het loopbaandossier bij de aanmelding van de leerling. Daarin staat het ondersteuningsteam stil bij de ontwikkeling van de leerling, de benodigde begeleiding om de studie succesvol af te ronden en het ontwikkelperspectiefplan.
Om inclusief onderwijs te kunnen bieden op het gebied van LOB, staat veel van het PTA open voor meerdere invullingen. Zo kan een leerling stage gaan lopen, maar er ook voor kiezen om door bijvoorbeeld autisme of een fysieke beperking, liever een online voorlichting of online bedrijfsbezoek te volgen (Lord Nelson, 2016). Ook is er gedegen samenwerking tussen de mentor, de decaan en het zorgteam om de begeleiding bij leerlingen af te stemmen op wat er voor deze leerling mogelijk is (Luteijn et al., 2016). Wel valt op dat niet alle opleidingen in het vervolgonderwijs even geschikt zijn voor inclusief of passend onderwijs. Te denken valt aan hoogbegaafdheid en een mbo-opleiding richting Veiligheid & Vakmanschap. Deze leerlingen kunnen over het algemeen minder goed omgaan met autoriteit en dan is een goed beeld van Defensie alvorens een keuze te maken, extra belangrijk (Van den Muijsenberg, 2020). Bij leerlingen met autisme zien we juist dat zij bovengemiddeld vaak kiezen in de richting van ICT, de opleiding aldaar blinkt dan ook uit in de begeleiding van deze studenten (Bartels, 2020). De kunst is om bij het aanbieden van activiteiten, ook op de stoel van de intaker, begeleider en zorgcoördinator van de ontvangende school te gaan zitten, zodat er een allround beeld ontstaat van een leerling in een schoolsituatie, in werk en privé.
Zelfkennis en zelfreflectie bij leerlingen met een beperking
Ouders van leerlingen met een beperking, zijn vaak extra betrokken. Zij maken zich zorgen over de mogelijkheden van hun kind straks op de onderwijs- en arbeidsmarkt. Daarom is het van belang om uit te gaan van de opties, niet de beperking (Bannink, 2019; Sanderson, 2000). Door in kaart te brengen wat de wensen van de leerling zijn, welke begeleiding zij nodig denken te hebben om deze wensen waar te maken en te onderzoeken of de begeleiding ook geboden kan worden, kan de leerling het normale loopbaanproces doorlopen (Buchner & Proyer, 2019). Van belang is dan de regionale samenwerking, kloppende informatie over de opleiding en randvoorwaarden en ruime kennis van de arbeidsmarkt in de regio (Kuijpers & Meijers, 2013). Door te ervaren wat mogelijk is middels proefstuderen, meeloopdagen, stages en het ondernemen van de reis naar de nieuwe opleiding, wordt zelfoverschatting of onderschatting voorkomen (M. Kuijpers et al., 2006). Dit is vooral van belang bij beperkingen waarin het zelfbeeld verstoord wordt, zoals ADHD, ASS, depressie of een angststoornis (De Bruin, 2009; De Jong, 1992).
Door het loopbaanverhaal voor de leerling centraal te stellen, en daar de methodiek en gespreksvoering op af te stemmen, ontstaat er een doorlopende leerlijn waarin leerlingen begeleidt terug kunnen kijken op hun inzichten en ervaringen. De piramide van Freytag, gekoppeld aan de loopbaancompetenties, zorgen voor een jaarlijks terugkomend stramien waarin leerlingen steeds dichter bij zichzelf komen. Waar ze in de brugklas nog sterk kijken naar hoe ze gekozen hebben voor hun huidige school, welke opties ze hebben binnen het onderwijs, verschuift het inzicht richting het examenjaar naar randvoorwaarden, bedrijfsculturen, opleidingsmogelijkheden en een plek op een flexibele arbeidsmarkt. De rol van de mentor verandert meer richting procesbegeleider dan van docent. Doordat leerlingen een loopbaandossier opbouwen die ze delen binnen en buiten de school, is het voor de mentor vooral zaak reflectieve vragen te stellen, actie aan te moedigen en opties te noemen. Hierdoor ontstaat er een persoonlijk loopbaandossier welke een afspiegeling is van de ontwikkeling van de leerling, in plaats van het afvinken van een willekeurige LOB-methode.
Om die persoonlijkheid extra te benadrukken kunnen scholen de leerlingen uitdagen om het loopbaandossier qua uitstraling en inhoud aan te laten sluiten bij hun persoon én de gekozen passende vervolgopleiding.
Deze werkwijze geeft ruime voor inclusie en maatwerk en bevorderd een warme overdracht naar het vervolgonderwijs. Mentoren, docenten en onderwijsondersteunend personeel maken dit proces bewust en van dichtbij mee, waardoor hun eigen loopbaan als inspiratie kan dienen en er oog ontstaat voor de bijzondere loopbanen van sommigen.
© 2022, Wendy Kers, De Wereld Van LOB.
Bibliografie
Bannink, F. (2019). Positieve psychologie in de praktijk. Hogrefe.
Bartels, J. (2020). Zelfregulatie bij jongeren met autisme (2e druk). Hogrefe.
Bennet, T. (2022). Regie in de klas (Manuscript in voorbereiding ed.). Pica.
Buchner, T., & Proyer, M. (2019). From special to inclusive education policies in Austria – developments and implications for schools and teacher education. European Journal of Teacher Education, 43(1), 83–94. https://doi.org/10.1080/02619768.2019.1691992
Bunting, J. (2021, 16 december). Freytag’s Pyramid: Definition, Examples, and How to Use this Dramatic Structure in Your Writing. The Write Practice. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://thewritepractice.com/freytags-pyramid/
Crone, E. (2018). Het puberende brein. Prometheus.
De Bruin, C. (2009). Geef me de 5 (6de editie). Graviant.
De Jong, F. P. C. M. (1992, april). Zelfstandig Leren Regulatie van het leerproces en leren reguleren: een procesbenadering. Katholieke Universiteit Brabant. https://pure.uvt.nl/ws/portalfiles/portal/1208356/3955469.pdf
Dehaene, S. (2021). How We Learn (1ste editie). Penguin Putnam Inc.
Den Boer, P., & Hoeve, A. (2017). Reflectie op routine. Garant. https://peterdenboernet.files.wordpress.com/2020/06/den-boer-hoeve-2017-reflectie-op-routine-in-zelfreflectie.pdf
Expertisepunt LOB. (2022, januari). Van oriëntatie naar ontwikkeling. https://www.mboraad.nl/sites/default/files/publications/lob046_a4_handreiking_mbo-v2.pdf
Freytag, G. (1894). Technique of the drama,: An exposition of dramatic composition and art. Translated by Elias J. MacEwan. 5th Edition. 1894 Edition. Scott Foresman.
Hermansson, M. (z.d.). Kennis is cool! Ontdek Grej of the Day! De populaire Zweedse lesmethode. Grej of the Day. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://www.grejoftheday.nl/
Hogeschool Utrecht, Seminarium voor Orthopedagogiek. (z.d.). Toets Schoolloopbaanbegeleiding: loopbaanleren. Canvas HU. Geraadpleegd op 11 mei 2022, van https://canvas.hu.nl/courses/28704/pages/toets-schoolloopbaanbegeleiding-loopbaanleren
Hoogendijk, A. (2019). Loopbaanzelfsturing (24ste editie). Business Contact.
Hooley, T., & Andrews, D. (2018). The Careers Leader Handbook: How to create an outstanding careers programme for your school or college (1ste editie). Trotman.
Jolles, J. (2017). Het tienerbrein (1ste editie). Amsterdam University Press.
Korpershoek, H., Karssen, M., Spijkerboer, A., Petit, R., & Hermans, A. (2022, januari). Effectieve loopbaanoriëntatie en loopbaanbegeleiding in het vmbo. GION onderwijs/onderzoek, Rijksuniversiteit Groningen Kohnstamm Instituut, Universiteit van Amsterdam. https://www.nro.nl/sites/nro/files/media-files/Effectieve%20loopbaanori%C3%ABntatie%20en%20loopbaanbegeleiding%20in%20het%20vmbo.pdf
Kuijpers, M. A. C. T. (2005). Breng beweging in je loopbaan. Academic Service.
Kuijpers, M. A. C. T., & Meijers, F. (2013, augustus). Integreren van leren in school en praktijk. OOM en A&O fondsen. https://www.leerloopbanen.nl/home/uploads/Documenten/Integreren-van-leren-in-school-en-praktijk-2013.pdf
Kuijpers, M., Meijers, F., & Bakker, J. (2006). Krachtige loopbaangerichte leeromgevingen in het (v)mbo: hoe werkt het? Samenwerkende brancheorganisaties beroepsonderwijs.
Lord Nelson, L. (2016). UDL-universal design for learning in de praktijk (1ste editie). Pelckmans Pro.
Luken, T. (2019). Easy does it: an innovative view on developing career identity and self-direction. Career Development International, 25(2), 130–145. https://doi.org/10.1108/cdi-05-2019-0110
Luteijn, E., Nieuwenstein, H., & Van Berckelaer-Onnes, I. (2016). Een passend aanbod bij autisme (1ste editie). Boom Lemma.
Maréchal, J., & Spijkerboer, L. (2017). Leerlingen AANzetten tot leren. Pica.
Meijers, F., Kuijpers, M., & Bakker, J. (2006). Over leerloopbanen en loopbaanleren. Samenwerkende brancheorganisaties beroepsonderwijs.
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. (2020, 3 juli). Doorstroom vmbo/havo en havo/vwo wettelijk vastgelegd. Nieuwsbericht | Nieuwsbrieven Ministerie van OCW. Geraadpleegd op 12 maart 2022, van https://www.nieuwsbrievenminocw.nl/actueel/nieuws/2020/07/03/doorstroom-vmbo-havo-en-havo-vwo-wettelijk-vastgelegd
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. (2021, 1 maart). Kamerbrief over maaregelen loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB). Kamerstuk | Rijksoverheid.nl. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2021/02/26/loopbaanorientatie-en-begeleiding-lob
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. (2022, 14 maart). Aanpak voortijdig schoolverlaten (vsv). Voortijdig schoolverlaten (vsv) | Rijksoverheid.nl. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/vsv/aanpak-voortijdig-schoolverlaten-vsv
Poell, R., & Kessels, J. (2021). Handboek Human Resource Development (3e volledig herziene versie ed.). Lannoo.
ResearchNed. (2013, september). LOB en studiesucces. http://www.researchned.nl/wp-content/uploads/2014/09/LOB-en-studiesucces-Eindrapport.pdf
Rijksoverheid. (2018, 17 januari). Regeling examenprogramma’s voortgezet onderwijs. Wetten.nl. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://wetten.overheid.nl/BWBR0022061/2018-01-17
Savickas, M. L. (2019). Career Construction Theory: Life Portraits of Attachment, Adaptability, and Identity. Mark L. Savickas.
ScienceGuide. (2013, 18 december). Rationeel dromen najagen. Geraadpleegd op 25 april 2022, van https://www.scienceguide.nl/2013/12/rationeel-dromen-najagen/
SLO. (2021, 29 oktober). LeerplanInBeeld. Geraadpleegd op 3 mei 2022, van https://leerplaninbeeld.slo.nl/regulier-onderwijs/512e4729-03a4-43a2-95ba-758071d1b725?subject=
Stichting Platforms VMBO. (2022, februari). De toekomst van het beroepsgerichte programma in het vmbo. https://www.platformsvmbo.nl/wp-content/uploads/2022/02/Advies-beroepsgerichte-programma-vmbo-def.pdf
Studiekeuze123. (z.d.). Studiekeuzecheck – Studiekeuze123 – Studiekeuze123. studiekeuze123.nl. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://www.studiekeuze123.nl/studiekeuzecheck
Van Asselt, R. (2007, 12 maart). Examens, zand of olie in de schakels? Roel van Asselt Inhoud 12 maart 2007 [Presentatieslides]. SlideToDoc. https://slidetodoc.com/examens-zand-of-olie-in-de-schakels-roel/
Van Stralen, G. (2018). Bildung speciaal (1ste editie). ISVW Uitgevers.
VO-raad. (2018, 19 april). Plusdocument. Geraadpleegd op 6 mei 2022, van https://www.vo-raad.nl/themas/maatwerk/onderwerpen/plusdocument
Wapnick, E. (2017). How to Be Everything (1ste editie). Harper One.
Warps, J., De Visser, M., Lodewick, J., & Termorshuizen, T. (2021, december). Verkenning vervolgonderwijs. ResearchNed.
Youngworks. (2020, oktober). Jongerenperspectief op LOB. https://www.expertisepuntlob.nl/bestanden/Nieuwsbrieven/YW_JongerenperspectiefopLOB_DEF.pdf
