- 5 september 2024
- Posted by: dwvLOB2
- Categorie: Loopbaan & wetenschap

Na een boeiende keynote van Pedro de Bruyckere, kon je als (online)bezoeker van ResearchEd je hart ophalen met allerlei boeiende lezingen. Hoewel het aanbod vrij stevig gekoppeld was aan het kinderen leren lezen en schrijven, viel er genoeg te kiezen. In de eerste ronde ben ik terecht gekomen bij Marita Eskes, die vertelde over vloeiend lezen.
In onze methode De Wereld Van LOB werken we heel veel met (ingesproken)teksten. Teksten nemen leerlingen namelijk mee naar buiten en stellen ze in staat te dromen. “Wat zou ik doen in die situatie? Waar zou ik voor kiezen? Tegen wie kijk ik op?” Om met die voorbeelden om te gaan, moeten leerlingen vloeiend kunnen lezen. Nu zullen leerlingen op het VO doorgaans niet meer eerst de letters moeten herkennen, daar de klanken bij bedenken, dat aan elkaar plakken en vervolgens de koppeling maken met de betekenis. Maar ze moeten wel oefenen met lezen. Want het lezen van een verhaal vraagt iets anders van je dan het zoeken naar informatie op een website. En een wetenschappelijke tekst pak je er in groep acht ook niet zomaar bij. Daar heb je oefening voor nodig, zelfs als je alle letters, tekens en klanken kent.
“Tekst gaat leven met een beetje voorkennis en voorstellingsvermogen.”
Marita stelde dat het lezen van teksten de kennis van de wereld versterkt en vice versa. Een tekst gaat leven met een beetje voorkennis en voorstellingsvermogen, terwijl het lezen juist beelden, ideeën en context oproept. Leerlingen die slecht lezen, zitten dus een beetje vast in een cirkeltje. Dát doorbreken zorgt ervoor dat ze loopbaanervaringen kunnen ophangen aan voorkennis uit vakken, maar ook uit fictie en uit geschreven informatie over de opleiding of het beroep. Wij hebben er in onze methode voor LOB en Studievaardigheden voor gekozen om teksten ook als audio aan te bieden. Leerlingen kunnen zo meelezen en toch de context opdoen. Ook als de woordenschat nog onvoldoende is of er door dyslexie moeite is met lezen.
In haar boek beschrijft Marita het lezen in een doorlopende lijn. Al vanaf groep één (en liefst thuis al eerder) aan de slag met teksten, verhalen, boeken en lezen. En dat niveau gaandeweg opvoeren. Niet met het doel snel te lezen, maar vloeiend, waarbij woorden tegelijk met beelden en associaties binnenkomen in het brein. Die lijn zou je idealiter door moeten zetten op het VO. Waarom laten we leerlingen niet oefenen met wetenschappelijke teksten uit de opleiding waar hun interesse naar uitgaat? Op die manier combineer je Nederlands (of Engels) met LOB, waarbij leerlingen een inhoudelijk kijkje in de keuken krijgen, maar ook de begeleiding van wat je nou met zo’n tekst aan moet.
“Onze methode daagt leerlingen bewust uit.”
Leerlingen die vooral praktijkuren draaien op het vmbo, help je kiezen door lesmateriaal van het mbo ter inzage te hebben. Zo had ik een leerling die graag de horeca in wilde. “Maar mevrouw, dat doe ik niet want ik kan geen Engels”. Na een uitstapje in de boeken Engels van de opleiding tot Horecaondernemer, zag ze dat het meeviel. De teksten waren best te begrijpen en een hoop woordjes (her)kende ze van vakantie. Zo haal je stress weg, kan een leerling een succeservaring opdoen en hun studiekeuze toetsen.
Wat voor mij echt de moraal van dit verhaal is, is dat we teksten niet uit de weg moeten gaan. Onze methode is dus niet ‘te talig’ maar het daagt leerlingen bewust uit. En stelt ze in staat om ook met abstractere begrippen om te gaan die in de vervolgstudie als vaktaal beschouwd worden. Zodat ze straks meer studiesucces genieten, terwijl ze nu in een veilige omgeving deze termen kunnen lezen, aanleren en verbinden aan hun wereld. De NRO verwoord het mooi: “Taal is het voertuig voor kennisopbouw, instructie en communicatie. Daarom is aandacht voor taal nodig bij elk vak.” Zo ook bij LOB en STUVA.
© 2021-2024, Wendy Kers, De Wereld Van LOB. #rEDNL21
